Glacier, Montana  (Dag 13)

De inheemse bevolking beschrijft het gebied van Glacier National Park al eeuwenlang als 'Shining Mountains' en 'Backbone of the World'. Het park in de noordelijke Rocky Mountains beschermt duizenden vierkante kilometers bossen, bergweiden, meren en ruige bergpieken. Het meest kenmerkend zijn de door gletsjers uitgesleten valleien en de overgebleven gletsjers uit de ijstijd van 10.000 jaar geleden. Het park, dat op de Werelderfgoedlijst van UNESCO staat, is met honderden kilometers aan paden een paradijs voor wandelaars. Met de auto kun je tussen eind juni/begin juli en half september/begin oktober de Going-to-the-Sun Road (kortweg Sun Road) rijden.

Klimaat

Het Glacier National Park strekt zich uit over de Continental Divide, ook wel de Continentale Waterscheiding genoemd. De scheiding loopt over de hoogste bergtoppen van de Rockies van noord naar zuid en markeert de scheiding van waterstromen die aan de ene kant in de Atlantische en aan de andere kant in de Grote Oceaan uitkomen. Door de aanwezigheid van de Continental Divide kent het park twee verschillende klimaten. In het westen waait de warme en vochtige Pacifische wind, die veel neerslag met zich mee brengt. Sneeuwval komt gedurende het hele jaar voor, zelfs in de zomer kan het in de hoger gelegen gebieden sneeuwen. Het weer in het oosten wordt gedomineerd door koude, droge poolwinden. Deze twee verschillende klimaten botsen met elkaar boven de bergen van de Continental Divide. Hoewel het klimaat aan de westkant milder is dan aan de oostkant, liggen de maxima in de winter vrijwel overal in het park beneden of rond het vriespunt. In de zomer, het beste seizoen voor een bezoek aan het park, ligt de maximumtemperatuur tussen de 16 en 21 graden Celsius, terwijl het ’s nachts tot rond het vriespunt kan afkoelen. In de valleien aan de westzijde kan de temperatuur op een warme zomerdag echter wel eens oplopen tot boven de 30 graden Celsius.

Bezienswaardigheden & activiteiten

Logan Pass:

Even verderop ligt Logan Pass, het hoogste punt van de Sun Road, op 2.025 meter hoogte. Dit punt is een populair startpunt voor wandeltochten of backpacktrips. De bekendste wandelroute is de Highline Trail, die langs de hoogste bergtoppen loopt. De bergpas is tevens een geschikte locatie voor het spotten van wilde dieren, waaronder de berggeit. Ten oosten van de pas ligt een gebied dat bekendstaat als Big Drift. In dit gebied valt jaarlijks dertig meter sneeuw, hierdoor is de bergpas in de winter vaak gesloten wegens lawinegevaar. De gehele Sun Road is mede hierdoor alleen van eind mei tot midden oktober geopend. Even na Logan Pass kom je bij de Siyeh Bend. Dit punt markeert de overgang van de hoger gelegen sub-alpinevegetatie in het westen en de bossen van de oostelijke zijde. Hier beginnen verschillende wandeltochten.

Going-to-the-Sun Road:

Deze tachtig kilometer lange weg loopt dwars door Glacier National Park en biedt je talloze panorama's en bezienswaardigheden. Wegens sneeuw en lawinegevaar is de Sun Road alleen in de zomer volledig geopend - vaak tussen eind juni/begin juli en eind september/begin oktober; de exacte data zijn afhankelijk van het weer. Als de weg is dichtgesneeuwd kun je vanaf de westelijke en oostelijke ingang wel een stukje het park in rijden, maar niet alle bezienswaardigheden bereiken. Bekijk de actuele wegconditie.
Ga vroeg in de ochtend op pad om parkeerproblemen (vooral bij Logan Pass Visitor Center) te voorkomen. Let op: voertuigen langer dan 21 feet en hoger dan 10ft zijn niet toegestaan op de Sun Road, zij moeten reizen met de gratis hop-on, hop-off shuttlebus, lees verder bij het kopje 'Vervoer'.

Lake McDonald:

Als je via de zuidwestelijke ingang (bij het Apgar Visitor Center) Glacier National Park binnenrijdt, voert de Sun Road je langs Lake McDonald. Er zijn een dozijn grote meren en honderden kleinere meren in het park, waarvan er maar 131 een naam hebben gekregen. Lake McDonald is het grootste meer, met een lengte van zestien kilometer en een breedte van 1,6 kilometer. Het meer vult een vallei die door een combinatie van erosie- en gletsjeractiviteit ontstaan is. Aan het zuidwestelijke punt liggen het bezoekerscentrum, haltes voor de shuttlebussen en overnachtings- en eetmogelijkheden. Hier bevindt zich tevens de Discovery Cabin, waar je van alles te weten komt over de planten en dieren in het park. Hieronder worden de andere punten aan de Sun Road besproken, op volgorde van west naar oost.

Trail of the Cedars:

Dit is een verhard en rolstoeltoegankelijk wandelpad van ongeveer een kilometer lang, langs cederbomen van 24 meter hoog. Je kunt een rondje wandelen, maar ook de afslag naar Avalanche Lake nemen. Halverwege het rondje is een mooie waterval te zien die zich door kleurrijk gesteente heen heeft gesleten. Het pad is te bereiken vanaf de Sun Road net voorbij Lake McDonald. Volg je de Sun Road verder in oostelijke richting, dan passeer je de enige haarspeldbocht in deze weg. Hier heb je een zeer mooi uitzicht op Heaven's Peak.

Bird Woman Falls:

Er bevinden zich zo’n tweehonderd watervallen in het park. Bird Woman Falls, die 152 meter de diepte in stort aan de noordzijde van Mount Oberlin, is al vanaf een afstand van drie kilometer zichtbaar wanneer je de Sun Road volgt. De watervallen worden gevoed door hoger gelegen sneeuwvelden en overblijfselen van gletsjers. De waterval is het grootst aan het eind van de lente en het begin van de zomer. In de herfst is er nog maar een klein stroompje van over. McDonald Falls in de McDonald Valley en Swiftcurrent Falls in de Many Glacier Area zijn enkele van de grootste watervallen.

Weeping Wall:

Deze bijzondere waterval vind je net na Bird Woman Falls Overlook. De Weeping Wall (letterlijk: huilende muur) stroomt vanuit het niets uit de vaak groene rotswand naar beneden. In de zomer bloeien er veel wilde bloemen.

High Line Trail:

Na elke stap wacht je een indrukwekkender uitzicht met ruige bergpieken, gletsjerweides en Lake McDonald ver onder je. Hoewel je hoog in de bergen zit en de Continental Divide volgt, is de High Line Trail voornamelijk vlak. Je hebt onderweg veel kans om dikhoornschapen en berggeiten tegen te komen, maar wees ook bedacht op beren. Maak regelmatig geluid om niet plotseling oog in oog te staan met een beer. Het is een goed idee om te parkeren bij the Loop (Granite Park Chalet), in een haarspeldbocht aan de Sun Road op 20,8 km vanaf McDonald Lodge. Vanaf hier kun je de shuttlebus maar Logan Pass nemen, waar je de wandeling begint en loop je terug naar de kleine parkeerplaats. De wandelroute is dan ruim 12 kilometer. Deze wandelroute gaat doorgaans pas in juli open. Laat je goed informeren bij het bezoekerscentrum voor je op pad gaat. Neem voldoende eten en drinken mee.

Jackson Glacier:

De Jackson-gletsjer is met zijn lengte van ruim een kilometer de vijfde grootste gletsjer van de bijna dertig gletsjers in het Glacier National Park. De gletsjer ligt op de noordzijde van Mount Jackson. In 1850 was deze gletsjer nog onderdeel van de Blackfoot Glacier, die tegenwoordig ongeveer 1,7 kilometer lang is. Aan de Sun Road ligt Jackson Glacier Overlook: hier heb je verreweg het beste uitzicht op de gletsjer. Jackson Glacier overlook ligt aan de oostkant van de Going-to-the-Sun Road, tussen Logan Pass en St. Mary Lake.

St. Mary Lake:

Dit tweede grootste meer van het park (na Lake McDonald) heeft een oppervlakte van zestien vierkante kilometer. De Sun Road loopt langs de noordelijke oever. Het meer ligt op een hoogte van 1.367 meter, wat het water ijskoud maakt. In de winter is het vaak bevroren en ligt er ijs van een meter dik. Bij het meer begint een van de populairste wandelingen: een 3,8 kilometer lange rondwandeling langs de voet van de St. Mary Falls. De wandeling kan twee kilometer langer gemaakt worden door een bezoek aan de Virginia Falls. Aan het meer liggen de Sunrift Gorge, een door water uitgesleten kloof en het Sun Point, waar de Sun Point Nature Trail begint. Tijdens deze wandeling van in totaal drie kilometer kun je heel goed het effect van water, wind en ijs op het landschap zien. Ook heb je mooie uitzichten op de Baring Falls en het St. Mary Lake.

Many Glacier:

In de noordoostelijke hoek ligt Many Glacier, dat als het hart van het park beschouwd wordt. Hier kun je bootvaren en paardrijden (ook onder leiding van een gids), maar bovenal is het een paradijs voor wandelaars. Drie dagtochten door het verlaten sub-alpinegebied zijn de Iceberg Lake, Cracker Lake en Grinnell Glacier Trails. Iets minder lang zijn de Grinnell Lake, Red Rock Falls en Swiftcurrent Nature Trail. Er rijden shuttlebussen (Glacier Park Inc.) vanaf St. Mary Visitor Center naar Many Glacier.

Iceberg Lake

Cracker Lake

Two Medicine:

Een ander gebied dat maar weinig bezocht wordt is Two Medicine. Dat is jammer, want hier is de echte wilderniservaring mogelijk. Er zijn prachtige vergezichten, uitgebreide wandelpaden, watervallen en stille meren. Aanraders zijn de trails naar Scenic Point, Cobalt Lake, Aster Park en Old Man Lake. Running Eagle Falls is een mooie waterval. Op het Two Medicine Lake worden boottochten onder leiding van een gids aangeboden. Het gebied is van spiritueel belang voor de Blackfeet indianen, die er vlakbij wonen.

terug inhoud